GEHOORREVALIDATIE

Communiceren en spreken zijn moeilijk als je niet goed hoort. Bij slechthorendheid is het gehoor licht tot zeer ernstig gestoord. Het kan aangeboren zijn, veroorzaakt worden door vocht in het middenoor of verworven worden op latere leeftijd.

Baby’s met een aangeboren slechthorendheid zullen niet of veel minder reageren op hun eigen gebrabbel of op geluiden uit hun omgeving. Ze leren de betekenis van geluiden en spraak niet zo spontaan als horende leeftijdsgenootjes.

Slechthorendheid kan ook veroorzaakt worden door middenoorontstekingen die gepaard gaan met vocht in het middenoor. De grootte van het gehoorverlies wordt vooral bepaald door de mate van vochtophoping. Bij jonge kinderen komen middenoorontstekingen veel voor. Normaalgezien zijn de klachten na vijf à zes weken voorbij en hoort het kind weer goed. Wanneer uw kind vaak last heeft van middenoorontstekingen kan het plaatsen van middenoorbuisjes noodzakelijk zijn.

Wanneer de slechthorendheid op latere leeftijd ontstaat, gaat het in de meeste gevallen om ouderdomsslechthorendheid. Hierbij ligt slijtage van het binnenoor meestal aan de basis van het hoorprobleem. Daarnaast kan de slechthorendheid veroorzaakt worden door een ongeval, door een infectieziekte of door lawaaibeschadiging. Hierbij is de werksituatie van grote invloed, denk aan een metaalfabriek of zagerij. Ook het geregeld blootstaan aan zeer harde geluiden, bv. op een schietbaan, in een muziekband of discotheek, zijn negatieve factoren.

Het is belangrijk om zo vroeg mogelijk te ontdekken dat iemand slechthorend is, zodat er snel een hoortoestel aangepast kan worden. In sommige gevallen raadt men een cochleaire implantaat aan. Dat is een soort hoortoestel dat geluid omzet in elektrische signalen, die rechtstreeks worden doorgegeven aan de gehoorzenuw. Dit is een heel andere manier van horen dan met een gewoon hoortoestel. Het leren omgaan met een cochleair implantaat vraagt dan ook veel begeleiding en revalidatie. De cliënt moet geluiden en spraak opnieuw leren herkennen en verstaan.

De logopedische behandeling bij gehoorproblemen bestaat voornamelijk uit het herstellen van de communicatie. Dit kan door bijvoorbeeld het trainen van het spraakafzien (liplezen), het aanleren van gebaren(taal), de revalidatie na het aanpassen van een hoortoestel of het begeleiden van de spraak- en taalontwikkeling bij jonge kinderen met een aangeboren of vroegtijdig verworven gehoorstoornis. Daarnaast hechten we er ook belang aan om familieleden en/of vrienden te betrekken bij de begeleiding, zodat de onderlinge communicatie tussen de slechthorende persoon en zijn omgeving optimaal kan verlopen.