LEERSTOORNISSEN

Het is niet ongewoon dat kinderen al eens moeilijkheden ondervinden bij het verwerken van de aangeboden leerstof. In veel gevallen kan thuis wat extra oefenen, eventueel in combinatie met logopedische begeleiding een oplossing bieden. Een andere mogelijkheid is dat uw kind aan een leerstoornis lijdt en dan ligt het bijwerken van de leerachterstand helaas wat moeilijker. Om te beginnen moeten we dus duidelijk het verschil maken tussen leermoeilijkheden en leerstoornissen. Een kind heeft leermoeilijkheden als het op school problemen ervaart op meerdere vlakken. Bij een leerstoornis daarentegen, spreken we over langdurige en hardnekkige problemen die specifiek het leren van lezen, spellen en/of rekenen belemmeren. Er is een ernstige achterstand en de prestaties liggen duidelijk lager dan wat op basis van onder andere leeftijd en intelligentie verwacht kan worden.      

 

Vaak kloppen ouders bij ons aan met de vraag of we hun kind eens kunnen testen op dyslexie, of een andere leerstoornis. Helaas bestaat er geen test waarbij je na de afname kan stellen of een kind al dan niet dyslexie heeft. Het vaststellen van een leerstoornis is een procedure die minimaal twaalf maanden duurt. In die periode gaan we mogelijke andere oorzaken proberen uit te sluiten en zetten we alles op alles om de aangegeven problemen zo goed mogelijk te remediëren en de leerachterstand in te halen. Wanneer we na een periode van 12 maanden ononderbroken logopedische begeleiding nog steeds een ernstige achterstand opmerken, en we de leerproblemen niet kunnen toewijzen aan een andere oorzaak, kunnen we pas spreken over een leerstoornis.      

 

Het is voor kinderen niet gemakkelijk om met een leerstoornis te leven. Het kan heel lang duren voordat ouders en leerkrachten beseffen dat het om een leerstoornis gaat. Vaak wordt er gedacht dat de kinderen het wel kúnnen, maar het niet willen, dat ze lui zijn, of geen moeite willen doen. Er zijn geen ‘typische’ fouten voor kinderen met een leerstoornis. Ze maken dezelfde soort fouten als kinderen zonder een leerstoornis. Het verschil is alleen dat ze veel meer en vaker fouten maken en dat deze fouten bijzonder hardnekkig zijn. Helaas kan het hebben van een leerstoornis ook gevolgen hebben voor het zelfvertrouwen van deze kinderen. Ze gaan zich dom voelen, hebben faalangst en snappen niet waarom ze zoveel moeite hebben met sommige dingen. Ze worden boos en gefrustreerd en zien het nut er niet meer van in om te blijven oefenen. Waarom moeten zij steeds zo hard werken, en halen ze niet altijd goede punten?

We maken een onderscheid tussen 3 leerstoornissen:

Dyslexie

Kinderen met dyslexie hebben, hoewel ze over een normale intelligentie beschikken, problemen met lezen. Hun leesniveau ligt een pak lager dan dat van hun leeftijdsgenootjes, wat wijst op een vertraagde leesontwikkeling. Het gaat om een hardnekkig probleem met het aanleren en vlot toepassen van het lezen van woorden, zinnen en teksten. Deze kinderen slagen er niet in om vlot te lezen, ze hebben moeite met het onmiddellijk herkennen van woorden, draaien letters om en/of hebben problemen met de lettervolgorde in een woord. Vaak vormt ook het leestempo een struikelblok.

 

Dysorthografie

Wanneer een kind dysorthografie heeft, zien we hardnekkige problemen op vlak van spelling. Vaak schrijven ze alle woorden op zoals ze die horen. Dat komt doordat ze het moeilijk hebben om alle klanken te automatiseren en om alle spellingsregels correct toe te passen. Wanneer het leren van vreemde talen aan bod komt, duiken er vaak nog meer problemen op. Ze moeten bijvoorbeeld Franse woorden leren begrijpen en uitspreken maar ook leren lezen en schrijven.

Dyscalculie

Dyscalculie is een leerstoornis waarbij het kind moeite heeft om de basisvaardigheden van het rekenen onder de knie te krijgen. Aangezien rekenen uit verschillende onderdelen bestaat, spreekt het voor zich dat de rekenproblemen heel gevarieerd kunnen zijn. Het ene kind zal eerder moeite hebben met het automatiseren van de getalsplitsingen of de maal- en deeltafels. Het andere kind zal dan weer getallen omkeren of zal moeite hebben met de vaardigheden en technieken op vlak van getallenkennis, met het kiezen van de juiste oplosstrategie bij het hoofdrekenen of bij vraagstukken, …

Elk van deze bovenstaande stoornissen kan op zichzelf voorkomen maar in de praktijk zien we dat er ook een combinatie van de verschillende stoornissen aanwezig kan zijn. Bovendien kunnen er ook bijkomende problemen aanwezig zijn op vlak van schrijfmotoriek, aandacht en/of concentratie. Wanneer we een leerstoornis vaststellen, gaan we samen met het kind, de ouders, de leerkracht en/of het zorgteam van de school op zoek naar compenserende maatregelen op maat. Deze maatregelen kunnen uw kind de nodige ondersteuning bieden tijdens zijn/haar verdere schoolloopbaan.  

Ook na de lagere school kan er nog een leerstoornis vastgesteld worden. In dat geval gaat het meestal om kinderen met een hoge begaafdheid, die zichzelf heel wat trucjes en compensatievaardigheden aangeleerd hebben om zich op die manier door de lagere school te worstelen. De leerstoornis komt dan pas tot uiting wanneer er uitgebreidere en complexere leerstof aan bod komt. Voornamelijk het leren van vreemde talen of het zelfstandig moeten verwerken van grote hoeveelheden tekst wordt dan zeer moeilijk. Zij kunnen zich dan niet meer behelpen met de zichzelf aangeleerde trucjes. Daarom bieden wij ook leerlingen uit het middelbaar onderwijs studiebegeleiding aan en begeleiden wij hen bij het leren studeren. Concreet betekent dit dat we wekelijkse ondersteuning bieden in onze praktijk waarbij we bepaalde onderdelen van de probleemvakken herhalen en inoefenen. We bieden ook ondersteuning bij huis- en vakantietaken en het voorbereiden van toetsen. Verder begeleiden we hen eveneens bij het verwerken van de leerstof tijdens de examenperiodes.